troost in filosofie?
Troost in de filosofie = De consolatione Philosophiae / Boëthius
vertaald en ingeleid door Piet Gerbrandy
Eindhoven: Uitgeverij DAMON, 2019
185 p., ISBN 978-94-6340-166-1
Anicius Manlius Severinus Boëthius werd omstreeks 480 geboren als zoon van een vooraanstaande Romeinse senator. Hij moet rijk zijn geweest, maar bovenal was hij een zeer intelligent mens met een grote liefde voor de filosofie. Vanaf 522 vervulde hij verschillende bestuurlijke taken aan het hof van Ostrogoot Theodorik (r.474/475-526) in Ravenna. Hij zal vijanden hebben gemaakt, want in 523 werd hij aangeklaagd voor hoogverraad, zat gevangen in Pavia (waar hij zijn Troost schreef) en werd enkele jaren later geëxecuteerd. Nog steeds is niet duidelijk wát precies de aanklacht tegen hem was, maar Gerbrandy geeft wel een geloofwaardige reden voor de aanklacht gezien de politieke en religieuze hete hangijzers toen (p.12-13).
Verder geeft Gerbrandy in zijn Inleiding een synopsis van Boethius' Troost.
In bk. I beklaagt de verteller/gevangene zich over zijn akelig lot. Bij zijn bed verschijnt ineens een bovennatuurlijke vrouw, Filosofie: "ze had een buitengewoon eerbiedwaardig gezicht, vurige ogen .... en een gezonde huidskleur" (p.47). Zij aanhoort zijn klachten en frustaties en begint dan een soort therapeutisch gesprek dat uiteindelijk 5 boeken in beslag neemt. De dialoog in proza wordt onderbroken door gedichten. Filosofie laat de gevangene "stap voor stap ontdekken dat aardse goederen als macht, aanzien en zintuigelijk genot voor een filosoof niet ter zake zouden moeten doen" (p.15)
In bk. II krijgt Fortuna even het woord. Iedereen die zich toelegt op het verwerven van deze aardse zaken, zal altijd teleurgesteld worden, zo is de strekking van het betoog. De ware gelukzaligheid kan men alleen verkrijgen door filosofische ascese en contemplatie.
In bk. III bewijst Filosofie dat het nastreven van die aardse zaken op een misverstand berust, want "alleen in God, die het Ene is, valt gelukzaligheid te vinden" (p.16).
De gevangene sputtert vaak tegen. Allemaal leuk en goed, maar hij zit in het gevang te kniezen zonder iets fouts gedaan te hebben. Filosofie heeft overal een antwoord op, maar de gevangene vindt geen troost voor zijn akelig en onrechtvaardig lot.
Verder in de Inleiding gaat Gerbrandy kort maar zeer helder in op de filosofische achtergronden van dit boek (Plato, neo-platonisme). Hoewel Boëthius uiteraard een christen was, refereert Troost "nergens eenduidig aan christelijk gedachtegoed" (p.24). Geen bijbelverhalen zijn als exempla gebruikt, maar antieke mythen. Toch werd het boek in de middeleeuwen intensief gelezen, vertaald en becommentarieerd. Het boek beïnvloedde de auteur van de Roman de la Rose, Dante in zijn Divina Commedia e.v.a.
Er zijn van die oude teksten die ik weliswaar niet direct in mijn werk nodig heb, maar die ongelooflijk boeiend (moeilijk!) zijn om te lezen en die een schakel vormen tussen oudheid en middeleeuwen. Boëthius' Troost is daar één van. Ik ben blij dat er nu zo'n mooie NL vertaling is verschenen van Gerbrandy met een hele heldere inleiding.
Hulde aan de vertaler!
AANRADER!
© conens & van wiechen drs A. van Wiechen