Lucca ... In de ondergaande zon kleurt de gevel van de San Michele in Foro warmgeel en zijn de details in hun volle glorie te zien. Niet alleen de kleur maar ook de hoeveelheid zuilen en reliëfs met allerlei (fabel)dieren overweldigt (rechts). Net zoals de gevel van de Duomo van Lucca was waarschijnlijk een zekere beeldhouwer Guidetto verantwoordelijk ook voor deze romaanse pracht. Hij werkte in het begin van de dertiende eeuw.
Onze toneelkijker is geen overbodige luxe om al de details te kunnen zien ... een aanvallende vogel, een griffioen, een zuil met ingelegd zigzag-motief, een gebeeldhouwde zuil ..... en zuilen in een knoop?
In totaal vier knoopzuilen tellen we, uiterst links en rechts op de eerste en derde 'zuilen'-verdieping (van onderaf). Een knoopzuil is eigenlijk in strijd met zichzelf. Een zuil staat voor drager, voor stevigheid. Een knoop ondermijnt die stevigheid. Na de eerste verbazing, volgt bewondering voor de beeldhouwer die de vier slanke zuiltjes inclusief 'knoop' uit één stuk steen heeft moeten beeldhouwen.
We lopen verder naar de gevel van de Duomo van Lucca en .... ook daar valt ons oog op twee knoopzuilen, die uiterst links (foto rechts) en uiterst rechts op de bovenste zuilenverdieping staan. Knoopzuilen - een grapje van meester Guidetto en zijn atelier ?
Nee, geen eenmalig grapje. We kwamen die wonderlijke knoopzuilen veel vaker tegen in de romaanse kerkarchitectuur: Ferrara, Tuscania, Verona, Darmstadt, Plaimpied ..... welk verhaal zit er toch achter die knoopzuilen? We gingen op zoek.
Eerst maar eens de knoop. De gebruikte knoop was in de oudheid al bekend: de Heracles-knoop, de nodus Herculaneus of nodus Herculis. De held van de oudheid Hercules (Heracles) werd vaak afgebeeld (hierboven een Heracles-beeld in Djemila) met de huid van de door hem gedode Nemeïsche leeuw rond zijn schouders. De kop van de leeuw op zijn hoofd en twee poten met een 'Heracles-knoop' vastgeknoopt op zijn borst.
Veel sieraden in de oudheid waren ook in de vorm van deze knoop, zoals de hellenistische ring (hierboven).
Deze knoop - zo geloofde men - was een amulet, beschermde de drager en hield het kwaad op een afstand; kortom een goed symbool om dagelijks aan je vinger te dragen!
Ook miltaire bevelvoerders namen het zekere voor het onzekere. Een prachtig marmeren erebeeld in Cuicul (Djemila) van een ons onbekend Romeinse miltair (rechts) laat nu nog duidelijk zijn sjerp met Heracles-knoop zien! In de oudheid dus een alom bekend kwaadwerend symbool. Ging dat met het Romeinse rijk ten onder?
Onze zoektocht bracht ons naar het Byzantijnse Rijk, waar men vanaf de tiende eeuw meer en meer open stond voor 'heidense' (niet-christelijke) elementen uit het eigen verleden. Alexander de Grote, bijvoorbeeld, werd aanvankelijk als ongelovige verguisd, maar vanaf de tiende eeuw werd hij steeds vaker als lichtend voorbeeld voor de Byzantijnse keizers gezien. Zo ook met de kwaadafwerend Heracles-knoop. In de omlijsting van grote iconen, rond kerkvensters en aan iconostases kwamen vanaf die tijd zuilen voor die duidelijk met een Heracles-knoop in elkaar verstrengeld waren.
Lopend op de eerste verdieping aan de buitenkant van de San Marco in Venetië, vallen ons direct de marmeren knoopzuilen op de hoeken op (rechts). Aangezien in begin dertiende eeuw de Venetianen nogal wat kostbaarheden hebben 'meegenomen' uit Constantinopel (Istanbul) - denk aan de beroemde bronzen paarden - zou het ook hier kunnnen gaan om hergebruikte knoopzuilen, die oorspronkelijk uit Byzantium kwamen. Hoe dan ook, de Heracles-knoop was dus vanaf de tiende eeuw terug van weggeweest, maar in een heel andere vorm én in een christelijke ambiance. Vormden deze knoopzuilen alleen maar een mooie omlijsting mét kwaadafwerend symbool of zat er meer achter?
Voor de drie monotheïstische religies was en is de tempel, die koning Salomo - volgens de traditie - bouwde in Jeruzalem, van groot belang. De bijbel geeft uitvoerige beschrijvingen van deze tempel, waarvan vrijwel niets bewaard bleef. Een van de meest opmerkelijke elementen van die tempel waren twee vrijstaande zuilen die aan weerszijden stonden vóór de tempelingang (mogelijke reconstructie rechts).
Deze zuilen hadden zelfs, zo lezen we in het oude testament, een naam, nl. Jachin (Jakin) en Boaz. De beschrijving van deze bronzen zuilen is enigszins verwarrend; er was sprake van versieringen van "vlechtwerk", "ketens met kwasten" en "granaat-appeltjes". Vanwege die verwarring én het bijzondere kwaadafwerende karakter van die goeie oude Heracles-knoop was het dan niet mogelijk dat men bij die knoopzuilen aan de iconostase of in de icoonomlijsting toen ook ging denken aan de Tempel van Salomo? Wat betreft de Byzantijnse periode weten we dat niet met zekerheid, maar later ?
In Würzburg vonden we het bewijs in de kathedraal: twee knoopzuilen die omstreeks 1230 waren gemaakt. Oorspronkelijk stonden deze zuilen - die nu ín de kerk staan - aan weerszijden van de hoofdingang. De ene zuil heeft twee knopen in de schacht, de andere één en niemand hoeft nu meer te twijfelen; op het kapiteel staat in sierlijke letters op de ene booz (lrechtsboven) en op de andere iachim (linksboven). Een heel duidelijke verwijzing naar de Tempel van Salomo en voor een middeleeuwer was dat ook heel begrijpelijk. Immers men zag de christelijke kerk als de 'nieuwe' tempel.
Dus in dertiende-eeuws Europa waren twee knoopzuilen aan weerszijden van de kerkingang niet alleen een leuke versiering met een knoop die misschien wel het kwaad kon afweren, maar zeker ook een verwijzing naar het oude testament, naar de Tempel van Salomo als 'oer'-model van de kerk. Nu begrijpen we ook de locatie van de knoopzuilen aan de twee romaanse kerken in Lucca, waar we onze zoektocht begonnen.
Andere beeldhouwers in Italië breidden de symboliek nog verder uit door de twee zuilen op een griffioen of leeuw te plaatsen, zoals in Quirico d'Orcia (hierboven & rechts), een halteplaats in Toscane aan de Via Francigena, de pelgrimsweg naar Rome.
Maar de leukste en meest onverwachte knoopzuilen troffen we aan in Bourgondië.
Een klein romaans dorpskerkje bezat nog een gedeelte van de oorspronkelijke ingang ... een Driekoningen-kapiteel (hierboven) met een in slaap gesukkelde Jozef in het rechter hoekje. Hoofdpersoon is Maria met Jezus op haar schoot. Met haar enorme hand accepteert ze de cadeaux van de Drie. Deze scene is bijna standaard romaans ..... op twee details na. Maria zit namelijk onder een dakje dat rust op twee knoopzuilen. De ene heeft één, de andere twee knopen, net zoals bij de echte knoopzuilen in Würzburg. Prachtig voorbeeld van de middeleeuwse symboliek: Salomo werd gezien als voorafbeelding van Jezus en Salomo's tempel als die van de kerk.
We bezochten de Tempelberg in Jeruzalem en daar kwamen we opnieuw romaanse knoopzuilen tegen, heel bijzondere en ingewikkelde .....
Is het toeval dat de twaalfde-eeuwse beeldhouwers die in het Jeruzalem van de kruisvaarders werkzaam waren en verantwoordelijk waren voor de bouw van christelijke gebouwen op de Tempelberg graag zuilen maakten die helemaal in elkaar vervlochten waren ? Alle gebouwen van de 'Franken' zijn na de inname van Jeruzalem in 1187 gesloopt. Maar bouw-onderdelen zijn hergebruikt, zoals een schitterend in elkaar "gevlochten" zuilenstel dat nu de ingang siert van een in 1208 gebouwde koran-school (rechts).
Nu rest ons nog een vraagje: kenden deze twaalfde-eeuwse beeldhouwers de traditie in Europa om de knoopzuilen met Salomo's tempel te verbinden, óf was de aanwezigheid van deze knoopzuilen voor de christelijke pelgrims voldoende om misschien de via Byzantium bekende knoopzuil te verbinden met de Tempel van Salomo? Welke knoopzuilen waren eerder, die op de Tempelberg of aan romaanse kerkenportalen in Italië, Frankrijk, Duitsland en Hongarije? We zijn er nog niet helemaal uit.
De twaalfde eeuw is ook wat betreft de invloeden over-en-weer tussen Europa en Latijnse Oosten een fascinerende periode.