aanrader cd mozart il re pastore

 

Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791)
Il Rè Pastore (1775) De Herder-Koning of De Koning-Herder
Musica ad Rhenum o.l.v. Jed Wentz
Dramma per musica met ouverture, in 2 actes, naar Pietro Metastasio
Johannette Zomer, Francine van der Heijden, Claudia Patacca,
Marcel Reijans & Alexei Grigorev
Deze Il Rè Pastore werd eerder uitgebracht in 2002,
nu in 2013 opnieuw uitgegeven in de serie Briljant Opera Collection,  nr 94498 

Musicologe Ellen von Holtz over deze cd:

Synopsis: de liefde gaat boven het staatsbelang
Het verhaal speelt in het jaar 333 voor onze jaartelling. Alexander de Grote heeft zijn kampement opgeslagen nabij Sidon (tegenwoordig zou dat in het Zuiden van Libanon zijn), dat hij heeft bevrijd van een tiran, Strato genaamd. Tegen deze historische achtergrond speelt een idyllisch liefdesdrama. Aminta, de oorspronkelijke erfgenaam van de troon, door Strato verbannen, leeft als herder buiten de stad en is verliefd op Elisa, een lieftallige herderin, dochter van welgestelde ouders.
Als Alexander (Alessandro) uitvindt dat Aminta de gezochte troonopvolger is, stuurt hij zijn vriend Agenore, een Sidonische Aristocraat, naar de herder om hem bij Alessandro te brengen, zodat hij zijn kroon kan opeisen. Aminta belooft Elisa terug te komen en wil eigenlijk liever herder blijven. Maar Alessandro ziet in Tamiri, de dochter van de omgebrachte Strato, een geschiktere vrouw voor de nieuwe koning. Tamiri echter is de geliefde van Agenore. Elisa en Tamiri smeken Alessandro om de man die ze liefhebben en Aminta zegt liever van de troon af te zien dan van zijn geliefde. Door de goedheid van Alessandro, die zijn onhandigheid uiteindelijk inziet, worden de oorspronkelijke geliefden met elkaar verbonden, waarop Aminta tot koning van Sidon gekroond wordt en Tamiri en Agenore ook een koninkrijk zullen krijgen.

Achtergronden
Wolfgang Amadeus Mozart was 19 jaar oud, toen hij in maart 1775 van zijn broodheer, Hieronymus, Graaf Colloredo, de aartsbisschop van Salzburg, het verzoek kreeg dit werk op muziek te zetten. Aanleiding was het aangekondigde bezoek van 18-jarige aartshertog Maximilian Franz, de jongste telg (van de zestien!) van keizerin Maria Theresia en keizer Franz I, die tijdens zijn reis door Europa ook Salzburg aandeed. De tekst die hij koos was van de hand van de Salzburgse geestelijke Gianbattista Varesco, die daarvoor een libretto van Pietro Metastasio uit 1751 bewerkte, dat weer gebaseerd was op de Aminta van Torquato Tasso uit 1581. In zes weken tijd componeerde Wolfgang de muziek, verdeeld over recitatieven, waarin het verhaal in een soort spraakgezang wordt verteld en aria’s, waarin de persoon wat meer emotie kan weergeven.
Hoewel Mozart al wel wat ervaring had in het schrijven van opera’s en zangspelen, ontpopte hij zich pas later als een groot dramaturg. De muziek van Il Rè Pastore haalt nog lang niet het niveau van zijn latere ‘grote’ opera’s, te beginnen met de Idomeneo uit 1781, die vol heldenmoed, intriges en dramatische effecten zitten waar de componist met zijn inventiviteit en gevoel voor theater veel meer mee deed dan de teksten simpelweg op muziek zetten en het publiek plezieren met enkele bravourachtige hoogstandjes. In Il Rè pastore voorziet hij de meeste aria’s, zelfs die van de mannenstemmen, tegen het einde met wat coloratuur, snelle, hoge versieringen die de virtuositeit van de zanger kunnen laten blijken.
De pastorale achtergrond, de wereld van herders en nimfen, in de 18e eeuw erg populair, leent zich ook niet zo goed voor veel drama, maar meer voor een eenvoudige, lieflijke, dromerige zetting, waar vaak gebruik wordt gemaakt van de 6/8 maat.
In Il Rè Pastore staan slechts vijf zangers op de bühne. Aminta en Elisa, beide hoge sopranen, Tamiri, een wat lagere sopraan, Agenore (tenor) en Alessandro (lagere tenor).
Er is geen koor en Mozart schreef slechts een enkel ensemblestuk.
De eerste uitvoering vond plaats op 23 april 1775 in het aartsbisschoppelijk paleis van Salzburg. Over deze uitvoering is weinig bekend. Dat men toen sprak over een “cantate” of een “serenade” zou erop kunnen wijzen dat er niet of nauwelijks bij geacteerd werd.

Persoonlijk
Mijns inziens is Mozarts keuze voor de stemmenverdeling van drie sopranen en twee tenoren niet erg gelukkig. Waarschijnlijk waren dat de op dat moment voorhanden zangers in Salzburg, behalve dan de beroemde castraat Tommaso Consoli uit München, die de rol van Aminta vertolkte. Op de cd is, omdat castraten sinds eind 19e eeuw niet meer ‘gemaakt’ worden, gekozen voor een lichte vrouwenstem, in de persoon van de sopraan Johannette  Zomer.  Hoewel de drie sopranen en ook de twee tenoren wel ieder hun eigen timbre hebben, is het vaak lastig om, wanneer je het alleen maar hoort en niet ziet,  onderscheid te maken tussen de verschillende rollen, te meer omdat Aminta toch echt een man is, al hoor je daar een sopraan. Vooral een basstem mis ik in dit werk. En ook de ensembles en koren die Mozarts latere opera’s zo aantrekkelijk maken.
Er zitten een paar hele mooie aria’s in, die al vooruitblikken naar Mozarts latere werk. Met name de aria van Elisa, Alla selva, al prato (CD 1, nr 4), die van Agenore, Per me rispondente (CD 1, nr 10) en de aria van Aminta, L’amerò, sarò costante (Cd 2, nr 6), waar de sopraan in afwisseling met een vioolsolo zingt. Enkele achter elkaar voorkomende recitatieven werken helaas wat langdradig.
Het werk eindigt feestelijk in een ‘koor’ van de vijf solisten.
Wat opvalt is dat de ouverture en de orkestvoorspelen tot de aria’s veel interessanter zijn dan de zangpartijen. Mozart schreef deze opera dan ook in een tijd waarin hij tevens bezig was met zijn vioolconcerten en enkele symfonieën, waaronder de mooie symfonie in A, KV 201.

De uitvoering op de dubbel-cd, goed voor bijna twee uur muziek, is in handen van een Nederlandse cast: de sopraanrollen worden vertolkt door Johannette Zomer (Aminta), Francine van der Heijden (Elisa) en Claudia Patacca (Tamiri), de twee tenorrollen zijn voor Marcel Reijans (Agenore) en Alexei Grigorev (Alessandro). Stuk voor stuk prachtige stemmen, hoewel een enkele hoge of heel lage noot (bij Alessandro) of versiering niet helemaal goed uit de verf komt. Het orkest, Musica ad Rhenum o.l.v. Jed Wentz, specialist op het gebied van de 18e eeuw, speelt prachtig op hun instrumenten uit de tijd van Mozart. De kundigheid van Michael Borgstede aan het clavecimbel horen we vooral tijdens de recitatieven.
Zoals we dat van Briljant gewend zijn, is ook deze uitgave weer prachtig verzorgd, compleet met een fraai boekje met de synopsis en op de voorkant een toepasselijke afbeelding van de herdersjongen van de schilder Thomas Gainsbourough.

Al is dit niet een van Mozarts meesterwerken, het blijft mooie muziek in  een goede uitvoering. Om een compleet overzicht van Mozarts ontwikkeling en oeuvre te hebben, is deze cd zeker onmisbaar!

© Ellen von Holtz